De ijskap van de Noordpool
De temperatuur in het Noordpoolgebied
De temperatuur in het Noordpoolgebied stijgt de laatste tientallen jaren gemiddeld twee tot drie keer zo snel als in de rest van de wereld. Normaal is het op de Noordpool in februari het koudst, met een gemiddelde temperatuur van -32 oC, juli is de warmste maand met een gemiddelde temperatuur tussen -10 en +10 oC [Weer on Line].
In de zomer van 2019 werd het 32 graden in Anchorage in Alaska, een nieuw record. De Beringzee was in juni 2019, drie graden warmer dan normaal, op de open oceaan lag de temperatuur zelfs zes graden boven normaal. In Spitsbergen werd het 21,7 graden in 2020. In Siberië werd het zelfs 38 graden. De gemiddelde temperatuur in deze gebieden ligt 3 tot 5 graden hoger dan vijftig jaar geleden. De zomer van 2023 was in het Noordpoolgebied de warmste zomer ooit gemeten met een gemiddelde zomertemperatuur van 6,4 graden. Sinds 1940 is de gemiddelde jaartemperaturen met 0,25 graad per decennium gestegen en de gemiddelde zomertemperaturen met 0,17 graad per decennium. Het ijs in het Noordpoolgebied smelt daardoor steeds verder weg. Het smelten wordt voor een deel veroorzaakt door een verandering in de luchtcirculatie die warme lucht naar de Noordpool voert. Het grootste deel van het smelten wordt echter veroorzaakt door de opwarming van de aarde, als gevolg van de grote uitstoot van broeikasgassen, door de mens [IPCC], [Volkskrant].
Het smelten van het ijs op de Noordpool
In september, aan het eind van de zomer, is het zee-ijsoppervlak minimaal. Van 1900 tot 1960 schommelde het minimum aan zee-ijsoppervlak op het noordelijke halfrond rond de 8,5 miljoen vierkante kilometer, daarna nam het af. Onderstaand figuur geeft het oppervlak aan zee-ijs op de Noordpool in september over de afgelopen jaren [IPCC], [Volkskrant].
Vanaf 1960 neemt het minimum oppervlak aan zee-ijs sterk af; in september 2009 was het zee-ijsoppervlak afgenomen tot iets meer dan 5 miljoen vierkante kilometer. Dat is maar 60% van het oppervlak vergeleken met 1960. Tussen 1994 en 2017 is in totaal 7600 Gton (8284 km3) ijs verloren gegaan. In 2012 was het oppervlak aan zee-ijs afgenomen tot 3,4 miljoen vierkante kilometer en het volume zee-ijs tot minder dan 3400 kubieke kilometer, 72% lager dan het gemiddelde over de laatste 30 jaar, het laagste niveau ooit. In 2023 bereikte het zee-ijs zijn laagste niveau in juni sinds de satellietwaarnemingen begonnen. Uiteindelijk was in september 2023 het oppervlak afgenomen tot 4,4 km2. De gemiddelde ijslaagdikte is inmiddels in de zomer afgenomen tot minder dan een meter. Vooral het meerjarige zee-ijs is verdwenen. Verondersteld wordt dat juist de afname van het dikke meerjarige ijs, de afname van het Noordpoolijs versneld. Ook het zee-ijs rond de eilandengroep Spitsbergen trekt zich steeds verder terug. In de winter vriest de pool weer dicht, maar de periodes met minder zee-ijs worden langer [IPCC], [Volkskrant].
Gevolgen voor de opwarming van de aarde
De Noordpool warmt sneller op dan andere delen op aarde met smeltend ijs tot gevolg. Zee-ijs reflecteert een groot deel, meer dan 80%, van het opvallende zonlicht; water reflecteert minder dan 10% van het zonlicht. Water absorbeert dus meer dan 90% van het zonlicht en wordt daardoor relatief warmer dan ijs. Als gevolg daarvan warmt de Noordpool, als het zee-ijs verdwenen is, nog verder op omdat meer zonlicht wordt geabsorbeerd. De temperatuurstijging als gevolg van het broeikasgas wordt daarmee versterkt. De sneller opwarmende Noordpool heeft ook een aanzienlijke impact op de klimaatverandering. De aarde in zijn geheel wordt, door de sneller opwarmende Noordpool ook sneller warmer, waardoor de 1,5 graad opwarming sneller wordt bereikt dan verwacht [Volkskrant].
Gevolgen voor de natuur
Het verdwijnen van het zee-ijs heeft gevolgen voor de natuur, vooral voor ijsberen, walrussen, ringelrobben en zeehonden die op het zee-ijs leven en daar hun jongen grootbrengen. De laatste jaren worden veel meer verdronken ijsberen gevonden. IJsberen moeten nu veel grotere afstanden, zwemmend of lopend, afleggen om van de kust naar de rand van het zee-ijs te komen, waar ze jagen op ringelrobben. Anderzijds gaan ijsberen van het zee-ijs naar land om daar, in een sneeuwhol, hun jongen te werpen. Steeds meer ijsberen blijven op het vaste land en passen noodgedwongen hun menu aan. Ze voeden zich bijvoorbeeld met eieren van ganzen, eenden en sterns. Dit levert echter minder energie op waardoor de beren hun energiereserves moeten aanspreken. Dat bedreigt het voortbestaan van ijsberen. Verschillende typen zeehonden brengen hun jongen groot op het ijs. Wanneer het ijs verdwijnt, worden ze eerder een prooi van roofdieren, waaronder ijsberen. De ringelrob krijgt zijn jongen in een hol onder het ijs. Het ijs wordt veel dunner waardoor veel jonge ringelrobben, voordat ze kunnen zwemmen, in het water vallen en verdrinken. Het verdwijnen van het zee-ijs is ook schadelijk voor de algen die onder het ijs leven. Deze algen zetten nu CO2 om in groene biomassa. Door de afname van het zee-ijs leven er nu minder algen. Behalve dat nu minder CO2 wordt omgezet heeft de afname van algen op zijn beurt ook gevolgen voor het zoöplankton dat de algen eet en voor de kabeljauw, zeevogels en Groenlandse walvissen die leven van dit zoöplankton. Wilde rendieren begonnen in 2020 extreem vroeg met hun migratie naar het noorden. Veel pasgeboren kalveren waren nog te zwak en kwamen om [IPCC], [National Geographic], [Volkskrant].
Gevolgen voor de scheepvaart
Een positief effect is dat steeds meer schepen in de zomer om de Noord kunnen varen in plaats van langs het Suezkanaal. In 2010 koersten 4, in 2011, 34 en in 2012, 46 schepen van Azië naar Europa via de Noordelijk IJszee. Deze route verkort de reis met ongeveer 20 en 33 dagen (ongeveer 40% korter) dan die over de Indische Oceaan en bespaart energie. Afgelopen jaren nam het de scheepvaart om de Noord verder toe. Rusland wil de komende jaren het hele jaar door gebruik kunnen maken van de noordelijke zeeroute. Ze willen het vrachtvervoer opvoeren naar 80 miljoen ton per jaar; in 2020 was dat 33 miljoen ton, ongeveer 2% van de vracht die door het Suezkanaal gaat. Deskundigen verwachten dat de route rond 2040 rendabel kan worden voor de internationale scheepvaart. In 2016 heeft het eerste cruiseschip een tocht gemaakt van Seward in Alaska naar New York via de Noordelijke IJszee. Onderweg werd ook Groenland aangedaan [Volkskrant].
Gevolgen voor olie- en gaswinning
Het smelten van het ijs geeft mogelijkheden voor exploreren van olie- en gasvoorraden die vroeger onder het ijs lagen. Maar bij de huidige lage olieprijzen is er nog weinig animo om naar olie en gas te gaan boren [Volkskrant].
Vooruitzichten voor de Noordpool
Het is vrijwel zeker dat het Noordpoolgebied minstens twee keer sneller zal blijven opwarmen dan de mondiale oppervlaktetemperatuur. In het Noordpoolgebied zal naar verwachting de hoogste stijging van de temperatuur in de koudste dagen optreden, met ongeveer 3 keer de snelheid van de opwarming van de aarde. Er is een grote kans dat, bij het huidige tempo van CO2 uitstoot, de ijskap van de Noordpool in de nazomer vanaf 2030 tijdelijk verdwijnt. Het Noordpoolgebied zal waarschijnlijk, vóór 2050, tenminste eenmaal praktisch zee-ijsvrij zijn in september. Bij een gematigd klimaatbeleid zal de Noordpool ergens rond 2060 of 2070 regelmatig van juli tot en met oktober ijsvrij zijn. Als de opwarming tot de anderhalve graad beperkt blijft is de kans groter dat het smelten van de Noordpoolkap beperkt blijft. Het verdwijnen van het zee-ijs heeft geen gevolgen voor het zeespiegelniveau, maar zal wel de plaatselijke natuur veranderen en het unieke leefgebied van ijsberen, zeehonden en walrussen. Niet alleen de dieren zullen lijden onder het smelten van hun leefgebied; ook de mensen die aan de kust wonen krijgen het moeilijk. Zee-ijs vermindert de effecten van oceaangolven op de kust, wat betekent dat als het ijs verdwijnt, de golven sterker en groter zullen zijn en meer erosie zullen veroorzaken [IPCC], [Weer on Line].
Het bedrijf Arctic Reflections heeft een plan om het Noordpoolijs te versterken door er zeewater overheen te sproeien. Dat zeewater vriest vervolgens aan het zee-ijs. Normaal groeit het zee-ijs heel langzaam van onder af aan terwijl het aan de bovenkant in de winter rond de -30 oC is. Als het water over de bovenlaag gesproeid wordt vriest het sneller aan en wordt het ijs sneller dikker. In de zomer houdt het ijs dan langer stand [Volkskrant].